“Steunzolen of oefentherapie bij kinderen vaak niet nodig”

11 april 2019

Het Juliana Kinderziekenhuis (JKZ) is 1 april 2019 gestart met een nieuwe poli: de screeningspoli looppatroon voor kinderen van 0 tot 10 jaar. Een kinderfysiotherapeut ziet hier kinderen die vaak vallen of een opvallend looppatroon hebben, zoals X-benen. Als het nodig is, kijkt een kinderorthopeed meteen mee. Dat heeft voordelen: de huisarts kan laagdrempeliger verwijzen en het inzetten van steunzolen of oefentherapie is veel minder vaak nodig.

Binnen het JKZ hebben kinderfysiotherapeuten Diede Bal en Kim Burggraaff en orthopedisch chirurgen Femke van Erp Taalman Kip, Joost van Linge en Herman Kaptijn samen het initiatief genomen voor de nieuwe poli. “De poli is bedoeld voor kinderen die vaak vallen, O- of X-benen hebben, met de voeten naar binnen of naar buiten lopen of platvoeten hebben”, vertelt Diede. “Hoewel de stand van de benen of het looppatroon er soms wat wonderlijk uit kunnen zien, is er maar zelden sprake van een echte afwijking. Een orthopedisch chirurg is dan lang niet altijd nodig en een gespecialiseerde kinderfysiotherapeut kan het kind beoordelen en adviezen geven.”

“Veel valt binnen het normale”

Joost van Linge: “Het looppatroon en de stand van de benen zijn bij kinderen vaak anders dan bij volwassenen. We zien wekelijks kinderen met een bijzonder looppatroon. Veruit de meeste ‘afwijkingen’ vallen echter binnen het normale. Daarom worden kinderen met een opvallend looppatroon voortaan gezien door mijn collega’s van de kinderfysiotherapie. Die kunnen veel meer tijd voor hen vrijmaken om advies en uitleg te geven. En als er mogelijk wél iets aan de hand is, kan de kinderorthopeed direct meekijken. Een mooi voorbeeld van de invulling van de juiste zorg door de juiste professional.”

Het voordeel voor de huisarts en jeugdarts is dat het laagdrempeliger is om de kinderen door te sturen naar een kinderfysiotherapeut dan naar een kinderorthopeed. “Kinderen die hier komen hebben soms al een heel traject achter de rug met steunzolen of oefentherapie. Dat willen we met deze poli vóór zijn, want vaak is dat helemaal niet nodig”, gaat Joost verder. “De kinderen waar wél meer mee aan de hand is, zijn direct op de goede plaats voor verdere beoordeling en behandeling bij de kinderorthopeed.”


Naar het overzicht